Rozekruisers Orde A.M.O.R.C.
(Internationale Presentatie)
Symbool
Gouden kruis met een rode roos in het midden waarbij het kruis het lichaam van de mens voorstelt en de roos zijn ziel tijdens haar evolutie symboliseert.
Aard
Filosofische, inwijdende en traditionele wereldbeweging, niet godsdienstig en apolitiek, openstaand voor mannen en vrouwen zonder onderscheid naar ras, godsdienst of sociale positie.
Devies
“De grootst mogelijke verdraagzaamheid binnen de meest strikte onafhankelijkheid”.
Doel
Het filosofische onderricht voortzetten, dat de Rozekruisers door de eeuwen aan elkaar hebben doorgegeven, waarbij dit onderricht betrekking heeft op de mysteriën van het universum, de natuur en de mens zelf.
Aantal leden
Ongeveer 250.000 wereldwijd.
Traditionele oorsprong
De Rozekruisers Traditie gaat terug op de Mysteriescholen van het oude Egypte tijdens de XVIIIe dynastie, ongeveer 1500 vóór het christelijke tijdperk. In deze Scholen, waarvan het bestaan inmiddels wordt erkend door het merendeel van de historici en Egyptologen, kwamen Ingewijden bijeen om de mysteriën van de Schepping te bestuderen, vandaar het woord “mysticisme” dat letterlijk “bestudering van de mysteriën” betekent. Mettertijd gaf deze studie ontstaan aan een gnosis die vervolgens naar het oude Griekenland, het Romeinse Rijk en het Europa van de middeleeuwen is overgebracht en uiteindelijk door de Rozekruisers uit de XVIIe eeuw is geërfd.
Historische oorsprong
Zuiver historisch bezien traden de Rozekruisers in 1623 uit hun anonimiteit en maakten zich in Frankrijk bekend door een affiche dat in de straten van Parijs was opgeplakt: “Wij, Afgevaardigden van het voornaamste college van het Rozekruis, verblijven zichtbaar en onzichtbaar in deze stad …”. Enkele jaren eerder hadden zij drie Manifesten gepubliceerd, die bestemd waren voor de denkers uit die tijd: de “Fama Fraternitatis” (1614), de “Confessio Fraternitatis” (1615) en de “Chimische Bruiloft van Christian Rosenkreutz” (1616). In maart 2001 heeft de A.M.O.R.C. een vierde Manifest uitgegeven: de “Positio Fraternitatis Rosae Crucis”, gevolgd door een ander in 2014: de “Appellatio Fraternitatis Rosae Crucis”. In de XVIIIe eeuw bestond er een hechte band tussen het Rozekruis en de Vrijmetselarij, maar deze beide organisaties zijn inmiddels volledig onafhankelijk. Sinds het begin van de XXe eeuw is de A.M.O.R.C beschermheer van de Traditionele Martinisten Orde, een beweging die teruggaat op Louis-Claude de Saint-Martin (1743-1803), een Frans filosoof.
Wederopleving
In 1909 ging Harvey Spencer Lewis (1883-1939), een Amerikaans esotericus die al vele jaren belangstelling had voor de Rozekruisers filosofie, naar Toulouse om er de Rose-Croix van Frankrijk te ontmoeten, waar de Orde praktisch in slaap was. Zij wijdden hem in en vertrouwden hem als missie toe om de Orde opnieuw tot activiteit te brengen in de Verenigde Staten teneinde haar weer in Europa te kunnen introduceren, als de omstandigheden gunstiger zouden zijn (de Eerste Wereldoorlog kondigde zich al aan). Harvey Spencer Lewis kweet zich van deze missie en gaf de Orde de naam “Antiquus Mysticusque Ordo Rosae Crucis” (Aloude en Mystieke Orde van het Rozekruis) teneinde haar historische en traditionele oorsprong duidelijk te maken. Na de tweede Wereldoorlog verbreidde de A.M.O.R.C. zich geleidelijk over de gehele wereld.
Huidige structuur
De A.M.O.R.C. is nu over de gehele wereld verspreid. Zij omvat verscheidene jurisdicties en elk bestrijkt alle landen met dezelfde taal over de grenzen heen. Er bestaat zo een jurisdictie van de Engelse, Duitse, Franse, Spaanse, Italiaanse, Griekse, Russische, Scandinavische, Japanse, et cetera taal. De zetel van iedere jurisdictie, traditioneel met de naam “Grootloge” aangeduid, wordt geleid door een Grootmeester, die voor een mandaat van vijf jaar gekozen wordt, waarvan de termijn verlengd kan worden. De Orde in zijn geheel wordt in laatste instantie gecontroleerd door een Opperste Raad die bestaat in de Grootmeesters van alle jurisdicties en die onder het voorzitterschap is geplaatst van de Imperator, die eveneens wordt gekozen voor een mandaat van vijf jaar, waarvan de termijn eveneens verlengd kan worden. (De term “Imperator” die al in de XVIIIe eeuw werd gebruikt, komt van de Latijnse uitdrukking “Imperare sibi” dat “Meester over zichzelf” betekent).
Onderricht
Tot 1909 werd het Rozekruisers onderricht alleen overgedragen van mond tot oor en op geheim gehouden plaatsen. Daarom werd de Orde vroeger beschouwd als een geheim genootschap. Sindsdien is het onderricht op schrift gesteld en wordt het in de vorm van monografieën aangeboden, die iedere maand naar de leden worden toegestuurd of naar leden met toegang tot internet. De lessen zijn verdeeld over twaalf graden en elk ervan is gewijd aan de studie van belangrijke filosofische of mystieke thema’s: de aard van het Goddelijke, de oorsprong van het universum, de structuur van de materie, de begrippen tijd en ruimte, de wetten van het leven, het doel van de evolutie, de menselijke ziel en haar attributen, de bewustzijnsfasen, de psychische verschijnselen, de mysteriën van de dood, het leven na de dood en reïncarnatie, de traditionele symboliek … Zij bevatten eveneens veel experimenten die gewijd zijn aan het aanleren van de basistechnieken inzake de mystiek: ontspanning, concentratie, mentaal scheppen, meditatie, spirituele alchemie …
Broederlijke bijeenkomsten
Naast het geschreven onderricht dat de Rozekruisers thuis bestuderen, kunnen degenen die dat willen, in Loges bijeenkomen en gezamenlijk werkzaamheden verrichten. Het doel van deze bijeenkomsten is om ieder de gelegenheid te bieden om ongedwongen uit te wisselen over culturele en filosofische onderwerpen. Op deze plaatsen worden ook de Rozekruisers inwijdingen verleend; deze zijn niet verplicht maar worden aangeraden vanwege hun spirituele belang. Wij zeggen eveneens dat de A.M.O.R.C. regelmatig conventen houdt tijdens welke de leden elkaar in regionaal, nationaal, internationaal of wereldlijk opzicht kunnen ontmoeten. Wat ook de omvang is, zij dienen allemaal als kader voor mystieke en broederlijke activiteiten.
Beroemde personages
In de afgelopen eeuwen zijn beroemde personen lid van de Orde van het Rozekruis geweest of hebben in contact ermee gestaan. Onder hen: Paracelsus (1493-1541), Francis Bacon (1561-1626), Michael Maier (1568-1622), Robert Fludd (1574-1637), Jacob Boehme (1575-1624), Comenius (1592-1670), René Descartes (1596-1650), Elias Ashmole (1617-1692), Baruch Spinoza (1632-1677), Isaac Newton (1642-1727), Wilhelm Leibnitz (1646-1716), Benjamin Franklin (1706-1790), de graaf de Saint-Germain (1696?- 1784), Cagliostro (1743-1795), Michel Faraday (1791-1867), Joséphin Péladan (1858-1918), Claude Debussy (1862-1918), Marie Corelli (1864-1924), Papus (1865-1916), Erik Satie (1866-1925), François Jollivet-Castelot (1868-1937), Nicolas Roerich ( 1874-1947), Edith Piaf (1915-1963), Yves Klein (1928-1962), et cetera. Vandaag de dag telt de A.M.O.R.C. nog altijd denkers, wetenschappers en artiesten van naam, maar zij bewaren over het algemeen de anonimiteit.